Ook dit is de WAB:
WW-premiedifferentiatie
Alles over WW-premiedifferentiatie in 1 blog.
Het is misschien één van de taaiere onderwerpen van de WAB: de WW-premiedifferentiatie. In deze blog gaan we proberen duidelijk te omschrijven wat de veranderingen precies zijn en waarom dit een belangrijk onderwerp is. Dan hoef je je er verder niet meer in te verdiepen en ben je wel weer helemaal op de hoogte! Klinkt dat goed? Lees dan verder.
Werknemersverzekeringen verzekeren werknemers tegen het verlies van inkomen als gevolg van bijvoorbeeld ontslag. Dan volgt namelijk een WW-uitkering. Iedere werkgever betaalt premies voor deze werknemersverzekeringen over het loon van de werknemers. De hoogte van deze premie, die gaat per 1 januari 2020 veranderen.
Huidige systeem premiedifferentiatie
In het huidige systeem geldt een premiedifferentiatie per sector. Bedrijven worden ingedeeld per sector, bijvoorbeeld de sector horeca, de sector vervoer, de sector bank- en verzekeringswezen, enz. De sectorpremie is hoger in sectoren met relatief veel WW-instroom. Deze sectorindeling is anno 2019 behoorlijk verouderd. Veel bedrijven werken namelijk ‘branche-overschrijdend’. Ook wisselen werknemers vaker dan vroeger van sector en bestaat geen prikkel voor individuele werkgevers, omdat een sector WW-lasten collectief draagt. Tijd dus voor vernieuwing!
Nieuwe systeem premiedifferentiatie
In het nieuwe systeem wil de wetgever stimuleren dat werkgevers meer vaste arbeidsovereenkomsten aangaan met hun werknemers. Vanaf 1 januari 2020 gelden daarom nog maar twee verschillende WW-premies. Een lage en een hoge. Het verschil is altijd 5%. Ieder jaar wordt de hoogte opnieuw vastgesteld door de minister.
Een werkgever betaalt de lage premie voor een werknemer met een vast dienstverband dat schriftelijk is aangegaan. Als sprake is van een dienstverband voor bepaalde tijd of een oproepovereenkomst, dan moet de hoge premie worden betaald.
Oh nee, toch niet
Soms betaalt de werkgever straks de lage premie, terwijl dit achteraf de hoge premie had moeten zijn. Het gaat om situaties waarbij werkgevers het vaste contract op een flexibele manier inzetten. Bijvoorbeeld als een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd binnen twee maanden weer eindigt, dan geldt alsnog de hoge premie. Ook wanneer een vast contract is aangegaan voor een (zeer) beperkt aantal vaste uren en in de praktijk structureel wordt overgewerkt, kan alsnog de hoge premie gelden. Dit is het geval wanneer een werknemer een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd heeft en in het kalenderjaar 30% meer uren krijgt uitbetaald dan in het contract staat. Fraude en oneigenlijk gebruik van de lage premies moeten op deze manier worden tegen gegaan. Let op: werkgevers zijn zelf verantwoordelijk voor de betaling van de juiste premie met terugwerkende kracht.
Jonge werknemers
Jonge werknemers worden uitgezonderd van de hoge premie. Dit geldt bijvoorbeeld voor leerling-werknemers met een praktijkovereenkomst (BBL) of voor werknemers jonger dan 21 jaar die niet meer dan 12 uur per week werken.
Tot slot
Werkgevers moeten per 1 januari 2020 hun administratie op orde hebben. Voortaan moet op de loonstrook staan welk type arbeidsovereenkomst de werknemer heeft. Zo is direct duidelijk of de hoge of lage premie moet worden betaald. Het bovenstaande is de WW-premiedifferentiatie in een notendop. Nog vragen hierover? Neem dan gerust contact op met Clarissa Kuipéri-Botter, Chantal de Blaeij of één van onze andere specialisten.
Liever direct contact opnemen?
Schroom niet, bel of mail ons vandaag nog
Op de hoogte blijven?
Laat je e-mailadres achter en ontvang als eerste onze laatste blogs en updates in je mailbox.