Mondkapje op het werk

Al tot twee keer toe is een werknemer ontslagen wegens het (herhaaldelijk) weigeren om een mondkapje op het werk te dragen. De coronabesmettingen stijgen weer, de maatregelen worden weer strenger en de mondkapjes zijn helemaal terug in het openbare leven. Daarom lijkt het ons goed om de juridische kant van een mondkapje op het werk te belichten. Lees meer hierover in deze blog.

Geen mondkapje op het werk 1
Een officemanager was sinds 2019 in dienst. Vanaf 30 september 2020 werd via email meegedeeld dat voortaan een mondkapje op het werk verplicht was. De mondkapjes moesten overal worden gedragen, behalve achter een bureau. De werknemer werd diverse keren lopend in de hal, de keuken en het kantoor gezien zonder mondkapje. Zij werd daarop aangesproken. Hierdoor schreef de werknemer op Facebook: “Ik vergeet het nooit.. 04-12-2020 de dag dat ik GEDWONGEN werd mijn gezicht te bedekken, tegen mijn wil (&grondrecht!), door notabene een man”. Haar weigerende houding werd omschreven als erg vervelend en onaanvaardbaar. Na diverse mails heen en weer meldde de werknemer zich ziek. Mediation hielp niet. De werkgever wilde ontslag op de g-grond, een verstoorde arbeidsverhouding.

De kantonrechter vond het volgende. Een werkgever heeft de bevoegdheid redelijke voorschriften te geven. Het dragen van een mondkapje op het werk, valt daaronder. Zeker omdat de landelijke richtlijnen hetzelfde zijn. De werknemer weigerde bij herhaling een mondkapje op het werk te dragen. Er ontstonden conflicten. Hierdoor was de arbeidsverhouding verstoord. Omdat mediation niet hielp en herplaatsing niet in de rede lag, werd zij ontslagen. Ze ontving een transitievergoeding van € 3.000,-.

Geen mondkapje op het werk 2
Een werknemer van een patisserie wilde ook geen mondkapje op het werk dragen. Toen hij hierop werd aangesproken, ontstond ‘verbale escalatie’. Oftewel mot. Om de werknemer toch te bewegen een mondkapje te dragen, werd zijn loonbetaling opgeschort en volgde een non-actiefstelling. Na enige tijd kwam de werknemer tot bezinning en gaf aan alsnog een mondkapje op het werk te zullen dragen. De werkgever wilde echter niet meer verder wegens een verstoorde arbeidsverhouding.

De kantonrechter vond ook dat sprake was van een verstoorde verhouding, maar verweet de werkgever het niet nog een keer te willen proberen. Hierdoor was naast een transitievergoeding ook een billijke vergoeding verschuldigd van € 3.000,-.

Tot slot
We zijn voorlopig nog niet van corona en mondkapjes af. Ook niet op de werkvloer. Heb je vragen over het verplichten van een mondkapje op het werk of hulp nodig bij een conflict hierover? Neem dan gerust contact op met Charlotte Koopman, Bram Furstner of één van onze andere specialisten.

Bronnen:
Rechtbank Noord-Holland d.d. 21 september 2021, ECLI:RBNHO:2021:8121
Rechtbank Midden-Nederland d.d. 5 maart 2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:863